Beschermingsonderzoek bij zorgen over gezinssituatie
Zijn er ernstige zorgen of uw kind veilig opgroeit? En lukt het nog onvoldoende om de problemen op te lossen, hoe graag u dat ook wilt? Dan is er misschien verplichte hulp nodig. Bijvoorbeeld met behulp van een ondertoezichtstelling (OTS) of andere kinderbeschermingsmaatregel. Eerst gaan we onderzoeken wat de beste oplossing is voor uw kind.
Wat kunt u verwachten van een beschermingsonderzoek?
Uw hulpverlener, een instelling of een medewerker van Veilig Thuis is bezorgd en heeft een melding gedaan bij ons. Hieronder leggen we in 6 stappen uit wat er gebeurt als we onderzoek gaan doen.
Eerste contact
Er zijn zorgen of uw kind veilig opgroeit. Of onderzoek echt nodig is, bespreekt u meestal eerst met de raadsonderzoeker, hulpverlening en soms uw kind. Maar dat is niet in alle regio’s zo. Als we een beschermingsonderzoek starten, krijgt u een brief met uitleg. Vaak is er een wachttijd.
Wat is er nodig om uw kind veilig te laten opgroeien? De raadsonderzoeker begint met het verzamelen van informatie. Ook bespreekt de raadsonderzoeker de situatie met een gedragsdeskundige en soms een juridisch deskundige. U krijgt een uitnodiging voor een gesprek.
Een raadsonderzoeker praat tijdens het onderzoek met u, uw kind en anderen die uw kind goed kennen. Bijvoorbeeld familie, betrokken hulpverleners of een leraar. We bespreken wat er goed gaat in uw gezin en welke zorgen er zijn. En wat er nodig is om uw kind veilig te laten opgroeien. Is uw kind nog te jong voor een gesprek? Dan wil de raadsonderzoeker uw kind wel zien. De raadsonderzoeker maakt van elk gesprek een gespreksverslag.
De raadsonderzoeker bespreekt de situatie nog eens met een gedragsdeskundige en/of juridisch deskundige. Daarna schrijft de raadsonderzoeker het rapport en bespreekt dat met u en meestal uw kind. In het rapport staat wat er is besproken en of er volgens ons verplichte hulp nodig is. U kunt erop reageren voordat het rapport definitief wordt. Daavoor heeft u 5 werkdagen de tijd. Het definitieve rapport gaat daarna naar u, uw kind (vanaf 16 jaar) en andere belanghebbenden.
Als we denken dat het nodig is, sturen we het rapport naar de kinderrechter. Daarin staat dan ook het verzoek om verplichte hulp met behulp van een kinderbeschermingsmaatregel op te leggen. Eventueel met een uithuisplaatsing. Er volgt een bijeenkomst in de rechtbank: de zitting.
De kinderrechter beslist of er een kinderbeschermingsmaatregel komt. En of uw kind thuis kan blijven wonen. Meestal doet de rechter tijdens de zitting al uitspraak.
We begrijpen dat er veel op u afkomt. Misschien heeft u behoefte aan meer uitleg. Neem gerust contact op met de raadsonderzoeker. Of bel naar uw locatie als u nog niet in contact bent met een raadsonderzoeker. Het telefoonnummer vindt u bij locaties & contact.
Hoe praat u hierover met uw kind?
Kinderen begrijpen misschien niet precies wat er gaat gebeuren tijdens een beschermingsonderzoek. En de rol die zij daarin hebben. Daarom bieden we praatplaten met informatie over 4 belangrijke momenten in het onderzoek. U kunt de praatplaten delen met uw kind en eventueel samen bespreken. Ze zijn het meest geschikt voor kinderen tussen 4 en 10 jaar.
Veelgestelde vragen over de Raad voor de Kinderbescherming
De Raad voor de Kinderbescherming (soms afgekort als: RvdK) is een dienst van het ministerie van Justitie en Veiligheid. De Raad voor de Kinderbescherming doet onderzoek, adviseert en voert een aantal wettelijke taken uit.
Ieder kind heeft het recht om veilig op te groeien. Gaat het thuis niet goed met uw kind en verbetert de situatie met vrijwillige hulp onvoldoende? Dan komt de Raad voor de Kinderbescherming in beeld. Uw hulpverlener, een jeugdbeschermingsorganisatie of iemand van Veilig Thuis kan ons vragen om onderzoek te doen. We onderzoeken vervolgens of er verplichte hulp nodig is. Zodat het weer beter gaat met uw kind.
Zijn er ernstige problemen in uw gezin? En komt de ontwikkeling van uw kind daarbij in gevaar? Is er bijvoorbeeld sprake van:
Verwaarlozing van het kind
Psychische problemen in het gezin
Alcohol- of drugsverslaving in het gezin
Huiselijk geweld
Kindermishandeling
Seksueel misbruik
Ernstige problemen bij het kind zelf (bijvoorbeeld gedragsproblematiek, schoolproblemen, strafbaar gedrag)
Dan kunnen we een onderzoek starten de opvoedsituatie. Dit gebeurt meestal pas als:
Vrijwillige hulp van vrienden, familie of hulpverlener(s) niet of onvoldoende heeft geholpen
U geen hulp wilt of kunt accepteren
Uw kind ernstig wordt bedreigd in diens ontwikkeling
Uw hulpverlener of iemand van Veilig Thuis bij ons een melding heeft gedaan
Deze organisaties of personen kunnen een melding bij ons doen:
De lokale (jeugd) wijkteams van gemeenten. Gemeenten gebruiken hiervoor verschillende namen. Bijvoorbeeld Ouder- en Kindcentrum of Centrum voor Jeugd en Gezin.
Gecertificeerde Instellingen (GI’s) voor jeugdbescherming en jeugdreclassering. Dit zijn organisaties die maatregelen van kinderbescherming en jeugdreclassering uitvoeren. Deze instellingen moeten aan bepaalde kwaliteitsnormen voldoen. Deze zijn door de overheid vastgesteld.
Bij heel dringende situaties rondom de veiligheid van een kind kunnen alle organisaties en instanties direct contact opnemen met de Raad voor de Kinderbescherming in die regio. Een arts of een ziekenhuis bijvoorbeeld.
Maakt u zich zorgen om een kind? Neem dan contact op met Veilig Thuis. De medewerkers van Veilig Thuis weten wat er moet gebeuren. Iedereen kan er terecht, ook met vragen.
De Raad voor de Kinderbescherming vindt het belangrijk om uw verhaal, standpunten en wensen goed te begrijpen. Daarom willen we u graag spreken.
Iemand meenemen die u vertrouwt
U kunt niet iemand in uw plaats naar het gesprek met de raadsonderzoeker laten gaan. Net als bij bijvoorbeeld een rijexamen of sollicitatiegesprek is het belangrijk dat we u persoonlijk spreken. Wel kunt u iemand meenemen die meedenkt en ondersteunt: een vertrouwenspersoon. Dat kan een vriend of familielid zijn, maar ook een advocaat of hulpverlener. Voor een professionele vertrouwenspersoon kunt u terecht bij Jeugdstem.
Meewerken is wel verstandig
U bent niet verplicht om mee te werken, maar het is wel verstandig. De Raad voor de Kinderbescherming gaat namelijk wel door met het onderzoek. En door niet mee te werken kunnen we in het onderzoek geen rekening houden met hoe u naar de situatie kijkt.
We proberen ons werk altijd zorgvuldig en met respect voor u en uw gezin te doen. Mocht er toch iets niet goed gaan, dan kan dat ingrijpend zijn. We vinden het belangrijk om uw verhaal te horen, een oplossing te zoeken en ervan te leren. Bij uw klacht of ervaring delen ziet u hoe u een klacht indient, hoe u daar hulp bij kunt krijgen en wat er na het indienen van uw klacht gebeurt.